Kleiner kwaad, groter kwaad, en solidariteit

zondag 21 juli 2019

Geschreven voor Konfrontatie, en daar intussen geplaatst: http://konfrontatie.nl/blog/kleiner-kwaad-groter-kwaad-en-solidariteit

Het is een slechte gewoonte in linkse en radicale kringen om nauwelijks aandacht te besteden aan oppositie, protest en verzet in Rusland , in andere anden in de Russische invloedssfeer of anderszins staten die vijanden zijn van the Empire, de Verenigde Staten en haar wereldwijde imperiale sfeer.. Die Russische invloedssfeer bestaat onmiskenbaar. Ze omvat veel voormalige deelreblieken van wijlen de Sovjetunie. Maar ook het Syrië van slager Assad valt min of meer in die sfeer. En wie in die sfeer tegen machthebbers protesteert, wordt veelal door linkse en radicale commentatoren genegeerd of erger. Dat is kwalijk.

Eerst even dat Russische imperiumpje. Toegegeven, het is een invloedssfeertje van niks vergeleken bij wat het in de gloriejaren van Leonid Breznjev was, en zeker vergeleken met de nog steeds volstrekt overmachtige Verenigde Staten met een netwerk van militaire bases en bondgenote/ondergeschikten wereldwijd. Dat Rutte van de week zat te slijmen met Trump laat zien in welke invloedssfeer Nederland zich willens en wetens bevindt. Memo aan Rutte: ook jouw medeplichtigheid aan Trump’s mafia is verachtelijk. Maar het Amerikaanse imperium heeft dus een Russische tegenhanger. Die is kleiner is en in het defensief: waar de VS een vloot voor de kust van iran plaatst, komt Rusland ogenschijnlijk weinig verder dan wat dubieuze geldstromen naar bevriende partijen, plus wat gerotzooi met computers en op sociale media. Maar ze bestaat, die Russische invloedssfeer, en Russische bommen op Syrische ziekenhuizen tonen aan dat ook het Kremlin nog steeds meer kan dan lekken, hacken en geld verstrekken.

Maar linkse en radicale mensen kijken nogal langs die invloedssfeer heen. Het is alsof kritiek erop ons niet zo goed uit komt. Het is alsof tegenover de hegemonie van de VS elke tegenmacht verschijnt als kleiner kwaad, of zelfs als een positief goed. Die houding zou wel eens mee kunnen spelen in het miskennen van wat er aan protest tegen de machthebbers in die invloedssfeer bestaat. Want als de machthebbers van het Kremlin het kleinere kwaad zijn, of zelf iets goeds vertegenwoordigen, dan is protest tegen die machthebbers al gauw niet erg welkom, verdient geen aandacht en al zeker geen solidariteit. Wie voor vrijheid en solidariteit opkomt in Washington krijgt lof. Wie voor vrijheid en solidariteit opkomt in Moskou wordt genegeerd of verdacht gemaakt. Is dat fair? Precies voor de helft, want de lof voor zulk protest in Washington is terecht. De verwaarlozing en verdachtmaking voor zulk protest in Moskou is dat geenszins, in ieder geval niet bij voorbaat.

Hoe gaat die verdachtmaking? Simpel. Je wijst er op dat de rechtse oppositieleider Navalny de boel organiseert. Je stipt aan dat er geldstromen richting oppositie zijn vanuit stichtingen in nde VS die geninancierd worden door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse zaken, de CIA, met connecties met Democratische en/of Republikeinse partij. Stichtingen als de National Endowment for Democracy (NED). Je mompelt iets over de financier George Soros die geld naar de opposietie schuift. Voilá! Het is allemaal overduidelijk een complot uit Washington om pro-Westerse regime change te triggeren via een zoveelste ‘kleurenrevolutie’, een nep-omwenteling. Wat er uit ziet als oppositie, is in feite een CIA-operatie en verdient geen linkse en/of radicale steun, sympathie of zelfs maar serieuze inhoudelijke belangstelling.

Nu kloppen de obvservaties doorgaans wel. De Russische oppositieleider Navalny is een rechts politicus, met één been in de rechts- liberale en een ander been in de ultranationalistische, racistische gedachtenwereld. Dat de NED geldt schuift naar NGO’s in Rusland en landen in haar invloedssfeer, en dat die NGO’s een rol spelen in in oppositiebewegingen, klopt onmiskenbaar. Dat mijnheer Soros vaak ook optreedt als sponsor, is evenmin verzonnen. Maar het is methodologisch onjuist, politiek verkeerd en moreel verwerpelijk om daarmee complete oppositiebewegingen als standaardporcedure af te serveren als rechtse, in de VS gesmede complotten waar linkse en radicale mensen zich niet mee dienen in te laten, en waarvan d ze de onderdrukking maar moeten tolereren of zelfs toejuichen.

Het is methodologisch onjuist. Het pure feit van Westers regeringsgeld dat bij Russische oppositiegroepen terechtkomt, bewijst op zichzelf weinig tot niets. Er is namelijk niet mee gezegd dat zonder dat geld die oppositiegroepen niet zouden bestaan of geen hulpbronnen zouden hebben. Er is hooguit een element van afhankelijkheid van Westers geld mee aangestipt – maar via dat enkele element is nog niet meteen een hele beweging afhankelijk van zulk geld. Als je dus leest dat het NED 750.000 dollar in een NGO in Moskou heeft gestoken, dan helpt het om je ook even af te vragen hoe groot het totale budget van die site is, en of die NGO zonder dat geld wel of niet kan functioneren. Op zichzelf suggereert zo’n bedrag veel, maar het zegt eigenlijk heel weinig. Hetzelfde geldt natuurlijk voor dat geld van Soros waar teveel zich links wanende mensen maar over doorgaan.

Dat van de talloze vaak met naam en toenaam bekende sponsors juist Soros er als sponsor van protest wordt uitgelicht, kan ook nog eens niet los gezien worden van diens Joodse achtergrond. Waarom de aandacht voor Soros die min-of-meer progressieve initiatieven steunt, terwijl allerlei andere miljardairs reactionaire projecten steunen zonder dat daar maar ene fractie van de aandacht naar toe gaat die Soros krijgt? Dat een uiterst-rechtse-rechtse nationalistische man als de Hongaarse premier Orban zo tegen Soros en diens invloed fulmineert, zou linkse en radicale mensen tot nadenken moeten stemmen. Teveel van de verontwaardiging over deze man is nauwelijks verhuld antisemitisme. ‘Ondermijning’ van de natie als product van een uit ‘joods geld’ betaalde internationale samenzwering tegen de natie, dat is bij Orban de strekking. Het is een sfeer waar radicale mensen maar beter volstrekt verre van kunnen blijven.

Het is om nog een reden verkeerd: langs deze weg kan elk protest, elk verzet, elke opstand en elke revolutie als buitenlands complot worden afgeserveerd. Elk idee dat revoltes ook nog eens autonome processen van onderop zijn die als zodanig belangwekkend zijn, verdwijnt uit het verhaal. Zo wordt solidariteit ondenkbaar, want er is altijd wel één of andere poging tot imperiale beïnvloeding bloot te leggen. De Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog: gewonnen met assistentie van Franse militaire interventie. Voila! Make America Great at First, made in Paris! De Russische revolutie: de Bolsjevistische leider Lenin die via door de Duitse legerleiding gefaciliteerde trein naar Rusland reisde, gehoholpen met Duits regeringsgeld doorgesluisd naar radicale kringen in Rusland… Viola! De Russische Revolutie was een complot van het Duitse keizerrijk! De Westeuropese vredesbeweging van de late jaren zeventig van de vorige eeuw: een flinke rol van Communistische partijen (in Nederland mensen van de de CPN die een rol speelde in Stop de Neutronenbom); die partijen zelf hadden nauwelijks verhulde banden met de leiding en de geheime dienst van de Sovjetunie. Voila! De vredesbeweging was een complot van het Kremlin! De Sandinisten, revolutionaire guerrillabeweging in Nicaragua, aanvoerders van de revolutie die deze maand exact zeventig jaar geleden de dictatuur van Somoza verdreef: gesteund door de Cubaanse staat, die zelf in die jaren drijvende bleef op basis van subsidie vanuit de Sovjetunie. Viola: de Nicaraguaanse Revolutie was een Sovjet-communistisch complot!

De hele geschiedenis van protest, verzet en revolutie is in zo’n interpretatie louter en alleen een aneenschakeling van samenzweringen van staten en regeringen tegen staten en regeringen waar ze ruzie mee hadden. Revolutie verschijnt hier louter als een verlengstuk van het buitenlandse beleid van staten. Gebrekkige, eenzijdige politieke analyse is het, waarmee wel mensen die voor vrijheidsociale rechtvaardigheid en solidariteit proberen op te komen, in de steek laten. Ziedaar het morele bezwaar tegen deze aanpak.

Het is niet dat de genoemde verbanden niet bestaan: die Franse militaire steun vor de Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd is een historisch feit, die Duitse trein naar Rusland is een historisch feit, de rol van Russische ambassades en geheime dienst in de vredesbeweging is een historisch feit, de Cubaanse steun aan de Sandinisten is een historisch feit. Maar er waren nog veel meer historische feiten, en die worden in deze benadering van geschiedenis-als-regeringscomplot weggelaten. Daaronder het belanmgrijkste historische feit, althans voor radicalen die werkelijk denken dat de wereld in rechtvaadige bevrijdende richting veranderd kan worden door eigen toedoen van mensen: het feit dat onderworpen mensen zich met hun eigen geschiedenis bemoeien. Dat die mensen niet louter maar pionnetjes zijn, maar zelfstandig denkende en handelende wezens die hun wereld eigenhandig kunnen veranderen, en dat soms daadwerkelijk doen ook. Dat machthebbers alleen mensne kunnen manipuleren als ze inspelen op wat die mensen sowieso al dwarszit en beweegt.

Er is bijvoorbeeld het feit dat Russische arbeiders en soldaten de Tsaar al van de troon hadden gejaagd weken voordat iemand die treinreis van Lenin was gaan verzinnen. De Bolsjevieken opereerden in een revolutie die, goeddeels buiten hun toedoen, allang op gang was gekomen. Er is het feit dat mensen in de late jaren zeventig zich grote zorgen over steeds meer kernwapens maakten: Stop de Neutronenbom, en daarbinnen CPN-ers, speelden in op iets dat al leefde. Er is het feit dat Nicaragua bewoond werd door straatarme, onderdrukte boeren, landarbeiders, stedelijke arbeiders en anderen. Zij droegen de revolutie, en dwongen in de beslissende maanden in 1978-1979 zo ongeveer de Sandinisten om nog iets voortvarender te werk te gaan dan ze zelf deden. De Sandinisten voerden een revolutie aan en gaven die revolutie een bepaalde vorm. Maar de revolutie zelf kwam vanuit de Nicaraguaanse bevolking zelf. Die is uitstekend in staat om in opstand te komen, destijds aangevoerd door Sandinistische guerrillero’s in 1978-1979, vorig jaar tegen de teruggekeerde en gecorrumpeerde Sandinistische machthebbers in 2018. En net zo min als de Sandinistische revolutie een Cubaans-Sovjet-complot was, zo min was de anti-Sandinistische opstand van vorig jaar een CIA-complot.

Linkse en radicale historici zijn voor opstandigheid in Westerse invloedssferen tegen Westerse machthebbers gelukkig uitstekend in staat om dat onderscheid te maken: het onderscheid tussen pogingen van mogendheden om protest- en verzetsbewegingen naar hun hand te zetten en er voordelen uit de behalen enerzijds, en de autonome dynamiek die deze bewegingen steeds weer vertoonden anderzijds. Radicale critici is het er, als het goed is, om te doen om juist die autonome dynamiek centraal te stellen in hun – in ons! – verhaal, en de pogingen van mogendheden om die dynamiek een draai uit imperiaal machtsbelang te geven te zien als aspect, veelal als stoorzender, als déél dus van de werkelijkheid dat haaks staat op dat autonome deel ervan. Maar het is methodologisch verkeerd om dat déél te verwarrren met zulke bewegingen en revoluties als gehéél.

Welnu, wat ons lukt waar het revoltes in de Westerse regionen betreft, dat zou ons ook moeten lukken waar het gaat om revoltes in de achtertuin van Putin: het interventie-kaf scheiden van het revolutie-koren, en niet het radicale kind met het reactionaire badwater weggooien. Voor protest-, verzets- en revolutionair bewegingen in Rusland en haar imperium geldt hetzelfde als voor protest-, verzets- en revolutionaire bewegingen in het zogenaamde Vrije Westen. Hun rechtmatigheid staat of valt niet met met externe pogingen om ze een verkeerde, imperialistische draai te geven.

De rechtmatigheid of anderszins dienen we vast te stellen, niet primair op basis van wie wat precies financiert, maar op basis van wat mensen dwars zit, wat ze verlangen en eisen, en ook van wat voor mensen het zijn: delen van de machtselites zelf? Of mensen die deel uitmaken van de onderworpen bevolking? Wat mij betreft geldt: waar arbeiders en andere arme, uitgeplukte bevolkingslagen, onderdrukte bevolkingsgroepen, scholieren, studenten, intellectuelen, ene betere levensstandaard eisen tegenover een corrupte zelfverrijkende toplaag, waar ze protesteren tegen censuur en politiegeweld, tegen discriminatie en vervolging en uitsluiting en verdrijving en erger, waar ze meer zeggenschap opeisen tegenover dictatoriaal optredende machthebbers… daar staan die mensen in hun recht. Ook als Soros ze subsidieert, ook als de CIA probeert het protest te manipuleren, en ook als het NOS-journaal het protest tot vrijheidsstrijd uitroept terwijl ze soortgelijk protest in de VS en haar bondgenoten bij voorkeur negeert.

En als mensen in hun protest en verzet in hun recht staan, daar verdienen ze oprechte interesse, solidariteit en steun. Dat geldt voor de opstandige menigten in Algerije en Soedan de afgelopen maanden. Het geldt voor de opstandige menigten in Puerto Rico de afgelopen week. Het geldt ook voor de helaas vooralsnog nog veel kleinere opstandige menigten die zich de afgelopen maanden in diverse Russische steden hebben gemanifesteerd, maar ook in Kazakstan, Tsjechië, Servië en Hongarije. Maar over die laatste protesten, daar horen en lezen én schrijven we dus veel en veel te weinig over.

Dat Westerse machthebbers om machtspolitieke rivaliteit ruzie hebben met Poetin en zijn collega-machthebbers, dat linkse en radicale mensen in het Westen ‘hun eigen’ Westerse machthebbers terecht graag voor de voeten lopen, is geen legitieme reden om terechte protesten tegen de machthebbers van Rusland en haar bondgenoten onze solidariteit bij voorbaat te onthouden. Zulk afzien van die solidariteit is nalatigheid. Onze solidariteit tegen de macht van de macht, en tegen de macht van de rijkdom… die solidariteit is grensoverschrijdend, categorisch en universeel. Zo niet? Dan is ze minstens eenzijdig en kortzichtig, en veelal feitelijk hypocriet.

Wie Poetins Rusland verdedigt, tegen de VS maar ook tegen haar eigen protesterende bevolking, kan weliswaar denken een kleiner kwaad te steunen tegen een groter kwaad. Maar wie een kleiner kwaad steunt, maakt dat kwaad groter en het verschil met het grotere kwaad kleiner. Op zulke machtsspelletjes en afwegingen bouwen we geen wereld van vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. Maar hoe ziet dat er eigenlijk uit, die activiteiten vanuit bijvoorbeeld de protesterende bevolking in Rusland? Daarover binnenkort meer.

Peter Storm

One Response to “Kleiner kwaad, groter kwaad, en solidariteit”

  1. […] Storm in Kleiner kwaad, groter kwaad, en solidariteit […]